-
1 gehoor
2 [het vermogen om te horen] (sense/power of) hearing ⇒ ear(s)5 [aandacht] ear♦voorbeelden:op het gehoor iets spelen • play something by eariets ten gehore brengen • perform somethingbij geen gehoor • if there's no replyeen goed/scherp/fijn gehoor • a good/sharp sense of hearinggeen muzikaal gehoor hebben • have no ear for musiceen zwak/slecht gehoor • a poor/bad sense of hearinggoed in het gehoor liggen • be easy on the ear3 dat is geen gehoor! • that sounds terrible!gehoor krijgen • find a responsegeen gehoor vinden • fall on deaf ears -
2 ik krijg geen gehoor
ik krijg geen gehoorthere's no reply/answer; 〈 bij technisch probleem〉 I can't get throughVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > ik krijg geen gehoor
Перевод: со всех языков на английский
с английского на все языки- С английского на:
- Все языки
- Со всех языков на:
- Английский